Ik woon in Vleesland. ‘Waar de smaken verschillen’, dat dan weer wel. Maar de vleeslobby heeft mijn land, waar ik ben opgegroeid, waar ik op m’n elfde stopte met het eten van vlees, waar ik mij als kind regelmatig in slaap weende met beelden van stallen met stalen kooien met daarin zeugen en biggetjes op m’n vochtige netvlies, uitgeroepen tot ‘Vleesland’.
Nederlanders eten nog steeds meer vlees dan goed voor ze is maar toch begonnen de vleesbazen, zoals kalverenslachter van Drie (VANDRIE GROUP, ONZE KETEN VORMT ONZE KRACHT om prachtige producten te maken, zoals kalfs- en rundvlees, diervoeders, zuivelgrondstoffen en kalfsvellen) een beetje onrustig te worden over het wankelen van hun imago.
De consument begint namelijk steeds beter door te krijgen wat er werkelijk gebeurt met een dier voordat het eetbaar op ons bord belandt. En dat is niet fraai. Niet dat veel mensen daar de ultieme consequentie aan verbinden, slechts 5 procent van de Nederlanders eet geen vlees, -maar dat de term diervriendelijkheid steeds ongeloofwaardiger wordt in combinatie met slager en vlees, dat is duidelijk.
Toch gebruikt ook de lobbyist die aan mag schuiven aan de talkshowtafel de term diervriendelijk. En zegt hij ‘het goede verhaal’ te willen vertellen. Maar wat is een ‘goed verhaal’? Bedoelt hij met goed ‘niet onjuist’ of bedoelt hij ‘opgepoetst’?
Het zou zo fijn zijn als het het eerste was. Gewoon de waarheid. Niks geen huppelende lammetjes en blije kalfjes die bij wijze van spreken geheel uit eigener beweging bereid zijn om, voor ons, in het mes te springen.
Neen. Dan zou de campagne bestaan uit bloederige beelden van slachterijen, koeien met slachtpennen tussen de ogen, eindeloze rails met dode kippen, stallen met zeugen en biggetjes op stalen roosters. Dat is het ‘niet onjuiste’ verhaal. De slogan zou bijvoorbeeld kunnen zijn ‘Vlees, niet fraai, wel lekker’.
Maar reclames zijn per definitie misleidend. Vandaar ook dat wij , van GroenLinks, een motie indienden, vorig jaar november, waarin wij het college vroegen om naast reclames in de openbare ruimte voor vliegreizen en fossiele brandstof, ook reclames voor kiloknallers en plofkippenvlees te verbieden. Omdat je als stad niet enerzijds de klimaatcrisis uit kan roepen om aan de andere kant geld te verdienen met het verleiden tot in dat kader schadelijk gedrag. De motie werd aangenomen.
En daarmee is Haarlem de eerste stad in Nederland en zelfs in Europa (en de wereld eigenlijk) die reclame op ‘slecht’ vlees gaat verbieden in de openbare ruimte. Ik ben daar best trots op. Het is mijn opgestoken middelvinger naar de vleesindustrie. Niet fraai, maar wel lekker.
Bron foto: NOS