In dit Politiek Café op 13 december kwamen interessante feiten en ervaringen naar voren over de fiets en het stallen daarvan. De inleiders waren stuk voor stuk deskundig en bevlogen wat overigens ook van een aantal bezoekers gezegd kon worden.
Rob van Doorn stelde in de inleiding dat het belangrijk is dat fietsers hun fiets goed kwijt kunnen zodat deze niet een andere vervoerswijze kiest. Aan de andere kant zijn fietsen die in de weg staan, vaak een ergernis. Hij kondigde aan dat er in het Centrum fietsrekken bij komen. Hij zou het liefst onder de Botermarkt een grote ondergrondse fietsstalling maken.
Godfried van de Graaff (Dolte Stedenbouw) maker van het Inspiratieboek Fietsparkeren Utrecht; liet zien dat er op 500 m² 16 auto’s geparkeerd kunnen worden, maar dat op die plek 238 fietsen kunnen staan en 464 fietsen als er twee lagen zijn. De actieradius van een fiets is ongeveer 7,5 km maar voor de electrofiets is dat 15 km. Hij wees op het verschil kort en langparkeren en constateerde de trend dat het fietsgebruik ieder jaar toeneemt. Hij liet met foto’s zien dat fietsers behoefte hebben aan structurering, dus als er ergens een lijn op de grond staat dan zetten fietsen deze keurig op de lijn en als er 1 fiets staat wordt er al snel een fiets naast gezet. Een opvallende foto uit Utrecht was een fietsparkeerplek binnen de pui van een Blokker en Albert Heijn, op eigen terrein om de klant te faciliteren. Een andere foto toonde een Drive through AH, met de fiets rijdt men door het winkelpand naar een stalling. Slim idee waren kluisjes (voor boodschappen) in de fietsenstalling, ze bleken constant bezet.
Paulus Oerlemans (fractievoorzitter GL) vertelde over Fietsparkeren in Tilburg. Hij stelde dat fietsers net zo veel kopen als automoblisten. In Tilburg zijn er parkeernormen voor de fiets vastgesteld er zijn 13000 fietsparkeerplekken. Als we willen dat er niet gefietst wordt in voetgangersgebieden dan moeten we stallingen aanbieden aan de randen stelde de gemeenteraad vast en dat is gebeurt. Diefstal moet voorkomen worden dus moet minstens de fiets ergens aan vastgemaakt kunnen worden, de fietsdiefstal is met 1/3 verminderd. Als bestaande huizen gesplitst worden in kamerbewoning dan is de eis dat de eigenaar inpandig een fietsenstallingmogelijkheid biedt. Paulus had ook via internet onderzoek gedaan naar het beleid in Haarlem en vond de reeds bekende voornemens niet verkeerd.
Frank Kool, ambtelijk fietscoördinator in Haarlem stelt dat via intensief onderzoek is vastgesteld dat er zaterdags behoefte is aan 210% parkeerplekken, door de week 164% en ’s nachts 135%. Er is dus een duidelijk tekort, verbazend is het daarom dat de bewaakte stallingen: Smedestraat, Botermarkt en Haltestraat een onderbezetting hebben; ze worden maar 50% benut. In Haarlem is het fietsgebruik 38% en dat is landelijk de middenmoot. Rond het station is de groei van gestalde fietsen groot. Nu al is bekend dat zelfs als de fietsflat aan de Noordkant (die nog gebouwd moet worden) klaar is; er een tekort aan fietsparkeerplekken zal zijn. Er zijn in Haarlem 42 buurtstallingen met 1500 plekken en 250 mensen op de (gesloten) wachtlijst. In Haarlem zijn er jaarlijks 2 tot 3 duizend weesfietsen. Van de fietsen zijn inmiddels vanwege de mode 18,7 % met een afwijkende maat, m.n. breed. Frank pleitte voor bewustwording dat slecht geparkeerde fietsen een groot probleem vormen voor slechtzienden.
In het forum werd gediscussieerd over prikkelende stellingen. Rob van Doorn stelde daarin dat fietsparkeren in principe gratis moet zijn. Daarbij vond hij forumlid Jan Vegter voorzitter van het MKB aan zijn zijde. Jan stelde dat de fietser belangrijk is voor de economie in de stad, betaald fietsparkeren geeft een verkeerd effect. Gratis bestaat niet, dus moet de gemeente betalen, maar hij vind het verdedigbaar om te stellen dat er geld uit het ondernemersfonds naar de ‘onrendabele top’ van fietsparkeren’ kan. Het MKB heeft laten uitzoeken wat de bezoeker besteed en daarin bleek dat fietsers twee keer zo veel besteden als de automobilist.
Rob gaf als persoonlijke mening dat het parkeren op straat door auto’s fors duurder moet zijn zodat auto’s in de parkeergarage gezet worden. Naar aanleiding van een vraag over de onderbezetting van de Ripperdakazerne stelde hij dat er nagedacht wordt over een systeem van leenfietsen voor de parkeerders.
Uit het publiek kwam kritiek op de locaties van de stallingen die niet echt aan de rand van het centrum zitten of centraal. De ruimte rond de V&D is altijd vol, het zou iets schelen als het personeel van V&D de fiets in de Botermarkt stalling zou zetten, net als Hema-personeel in de Smedestraat.
Jan van Eeden heeft deze bijeenkomst prettig geleid. Hij had de inleiders zodanig opgejut dat zij hun Powerpoint-dia’s er in sneltreinvaart doorheen jaagden en zich tot de hoofdpunten beperkten.