De volledige Haarlemse gemeenteraad heeft donderdag 10 juni per motie uitgesproken dat de voorgenomen ontwikkeling van een recreatiepark op het munitieterrein van Fort Benoorden Spaarndam, onwenselijk is en geen doorgang zou moeten vinden. Recreatieschap Spaarnwoude beheert het gebied en heeft de plannen in gang gezet. Haarlem heeft een zetel in het Algemeen Bestuur van het Recreatieschap en heeft de vertegenwoordigende wethouder gevraagd dit standpunt aan de orde te stellen. De Haarlemse GroenLinksfractie heeft de andere GroenLinks fracties in betrokken gemeenten opgeroepen eenzelfde motie in te dienen.
Het Recreatieschap Spaarnwoude heeft een projectontwikkelaar geselecteerd om een recreatiepark voor Landal Greenpark te bouwen met 83 bungalows op het munitieterrein van Fort Benoorden Spaarndam. Het terrein ligt in het schootsveld van de Stelling van Amsterdam. Het omstreden terrein ligt binnen de gemeentegrens van Velsen en tegen de NoordOostelijk groene rand van Haarlem met het stadsdorp Spaarndam-West aan.
In het recreatieschap Spaarnwoude participeren naast de provincie Noord-Holland de gemeentes Amsterdam, Haarlem, Haarlemmermeer, Haarlemmerliede, en Velsen.
Het recreatieschap beheert het grote gebied tussen genoemde steden en dorpen, waaraan een bufferfunctie is toegekend, om stedenbouw en industrievestiging tegen te gaan. Doel van het Schap is o.a. de aanwezige landschapswaarden te versterken en cultuurhistorische objecten in stand houden.
De reden voor deze bouwontwikkeling, is deels van financiële aard.
De komst van een recreatiepark is echter nog lang niet zeker, gezien de enorme maatschappelijke commotie en de nodige bestemmingsplanprocedures.
De nieuwe vertegenwoordiger van Haarlem in het recreatieschap is de GroenLinks wethouder Rob van Doorn. De Haarlemse wethouder zal het standpunt van de Haarlemse Gemeenteraad aan de orde stellen in de eerstvolgende vergadering van het Algemeen bestuur van recreatieschap Spaarnwoude op 7 juli a.s.
De fractie GroenLinks Haarlem heeft in de brief aan de betrokken collega-fracties aangegeven dat zij een dergelijke ontwikkeling in dit deel van de Randstad onwenselijk vinden gezien de bufferfunctie die het heeft, de lichtvervuiling die zal optreden, de verkeerstechnische aspecten, de cultuurhistorische aspecten en uiteraard de aantasting van de natuurwaarde.