Begin dit jaar is het Actieprogramma Sociale Veiligheid en Handhaving besproken in commissie bestuur. Net als vorig jaar vindt GroenLinks het plan er goed uitzien met brede insteek en rekening houdend met de prioriteiten die wij gezamenlijk hebben gesteld. Het is een integraal plan waarbij verschillende beleidsvelden worden betrokken en aandacht is voor preventie, repressie en nazorg. Goed ook dat er extra aandacht is voor inbraak en overvallen, vooral omdat deze incidenten een enorme impact hebben op de slachtoffers.
Wij hebben vorig jaar aangegeven dat wij de bestuurlijke aanpak mbt georganiseerde criminaliteit belangrijk vinden, bv bij de herkenning van mensenhandel. Wij zijn dan ook blij dat een projectleider wordt aangesteld m.b.t. woonoverlast en hopen dat deze projectleider hier expliciet aandacht aan besteed.

Schalkwijk en overlastgevende jongeren
Vorig jaar heeft GLH gevraagd of inmiddels bekend is wat er speelt en leeft in Schalkwijk en wat nodig is om de overlast daar aan te pakken. Die analyses lijken nu te zijn gemaakt, maar er is nog steeds veel aandacht voor het opbouwen van overlegstructuren etc. GLH ziet liever dat alle energie wordt gestoken in het werk zelf.

Nieuw dit jaar is de repressieve aanpak van een kleine groep jongeren in Schalkwijk die voor veel overlast zorgt. Deze jongeren hebben voornamelijk een Marokkaanse achtergrond. Wij vinden het goed dat er gericht aandacht is voor deze groep jongeren en hen duidelijk wordt gemaakt wat de consequenties zijn van hun gedrag is en dat ze daarvoor verantwoordelijk worden gesteld. Dat is erg lastig en wij hopen dat een aanpak wordt gevonden die werkt voor de jongeren zelf en uitstraling heeft naar andere jongeren in hun omgeving.
Tegelijkertijd hopen wij uiteraard ook dat alles op alles wordt gezet om deze groep perspectief te bieden, hen te raken, hun negatieve spiraal om te buigen. Ze moeten uit die sleur komen waarin ze zitten, inclusief negatief zelf- en wereldbeeld. Dat gaat niet zomaar goed, maar met vallen en opstaan. In Balans en Nieuwe Kansen zijn twee voorbeelden van projecten die hier aan werken.

GL vindt het belangrijk dat niet alleen gefocust wordt op deze groep, maar ook op de groep jongeren die nog aan de goede kant van de grens zitten, maar in omstandigheden zitten waarin ze zo het criminele pad op kunnen gaan. Die bijvoorbeeld tot laat op straat hangen. Juist bij deze groep is het belangrijk ouders te benaderen, activiteiten te organiseren, hangplekken te creëren en hen verantwoordelijkheid te geven. Dit alles om te voorkomen dat ze tot zo’n harde kern gaan behoren.
Hiermee samenhangend vindt GLH het zorgwekkend dat het doel is om minimaal 50% van de individuele leden van problematische jeugdgroepen een persoonsgerichte aanpak te bieden. Wij snappen dat het niet allemaal kan, maar het voelt als dweilen met de kraan open: deeltje in een traject en gered, rest haakt verder af. Wij hopen dat dit voorkomen kan worden.
(zie ook column Abid Azannay)

Cora-Yfke Sikkema